Maak eetstoornissen in de sport bespreekbaar

Eetstoornissen in de sport, komen vaker voor dan we denken. En dan niet alleen in topsport maar ook onder recreatieve sporters. De gedrevenheid die sporters hebben om in sport het hoogst haalbare te willen halen, komt dan ook tot uiting in “zo goed mogelijk willen eten” of doelen in lichaamssamenstelling of gewicht willen behalen. Ogenschijnlijk onschuldige adviezen als “zorg dat je vetpercentage omlaag gaat”, “laat jij je koolhydraten maar eens staan”, “als je lichter bent, presteer je beter”… kunnen ertoe bijdragen dat iemand een eetstoornis gaat ontwikkelen. Wat onschuldig begint met gezond eten, kan uitmonden tot de hele dag obsessief met eten bezig zijn. Anders eten, minder eten en daarin doorslaan … met alle nare gevolgen van dien. Zowel jongens als ook mannen maar ook meisjes en vrouwen kunnen een eetstoornis als Anorexia Nervosa of Boulimia Nervosa ontwikkelen. Eetstoornissen kunnen ertoe leiden dat je onomkeerbare schade toebrengt aan je lichaam zoals het voorbeeld van het meisje dat op jonge leeftijd een eetstoornis ontwikkelde waardoor haar hart niet volledig had kunnen groeien door te tekort aan bouwstoffen. Dat meisje mag nooit meer hardlopen omdat het gevaarlijk is.  Eetstoornissen kunnen ook leiden tot onvruchtbaarheid of broze botten. En zo zijn er nog tal van voorbeelden. Mensen met een eetstoornis lopen daar niet mee te koop. Belangrijk is het om een eetstoornis tijdig te herkennen en het bespreekbaar te maken. Of je nu ouder bent, coach, oom, tante of vriend of vriendin. Wees alert. In deze blog wil ik je graag wat tips geven om eetstoornissen in de sport tijdig te leren herkennen en te zorgen dat ze bij de juiste hulpverleners terecht komen. Oftewel: maak eetstoornissen in de sport bespreekbaar.

Een eetstoornis is een ernstige aandoening

Eetstoornissen kunnen al op jonge leeftijd ontstaan. Onder de normale bevolking komen eetstoornissen bij 10% van de vrouwen en 0,5% bij de mannen voor. In de topsport krijgt 20% van de vrouwen en 8% van de mannen een eetstoornis (cijfers Jessica Gal- sportarts). Bij topsporters komen meer eetstoornissen voor dan bij amateursporters. Belangrijk is te zorgen dat de eetstoornis (en evt. co-morbiditeit) officieel door de psycholoog gediagnosticeerd wordt. Afhankelijk van de oorzaak en ernst van de eetstoornis kan er dan naar een passende behandeling gezocht worden bijvoorbeeld  psychotherapie in combinatie met cognitieve gedragstherapie, een doorverwijzing naar een psychiater of kan het zijn dat opname in een kliniek noodzakelijk is. Een begeleidingsteam kan de eetstoornis signaleren, kan ze in contact brengen met de juiste zorgprofessionals. Onderzoeken of de de coach wellicht de oorzaak van het probleem is of heeft de sporter een vertrouwenspersoon nodig om mee te praten? Een ding is zeker: er moet sprake zijn van teamwork vanuit verschillende invalshoeken en disciplines om de sporter met de eetstoornis goed te kunnen helpen.

Enkele feiten over eetstoornissen:

  1. Anorexia Nervosa heeft de hoogste mortaliteit van alle psychiatrische diagnosen:
    10% overlijdt 10 jaar na de diagnose;
  2. Het is de belangrijkste doodsoorzaak bij vrouwen tussen 15-24 jaar;
  3. 5% pleegt zelfmoord (overig: hartritmestoornissen en infecties);
  4. 30% van de mensen met een eetstoornis blijft chronisch ziek;
  5. Boulimia Nervosa geeft vooral medische complicaties door spuuggedrag;
  6. Hoe jonger de patiënt, hoe korter de stoornis bestaat hoe groter de kans op genezing. Daarom is een vroege opsporing (van een dreigende) eetstoornis van groot belang;
  7. Sporters zullen zelden aangeven dat er sprake is van een eetstoornis en zijn geneigd het bestaan ervan te ontkennen.

We onderscheiden 4 verschillende soorten eetstoornissen:

1. Anorexia Nervosa

Anorexia nervosa betekent in het Latijn ‘gebrek aan eetlust door nerveuze omstandigheden’. Als je anorexia hebt, dan ben je geobsedeerd door alles wat met je gewicht, lichaamsomvang en eten te maken heeft. Mensen met deze eetstoornis eten extreem weinig waardoor ze veel gewicht verliezen. Ondanks dat ze veel afvallen blijven ze zichzelf als te dik zien.

Welke symptomen horen bij Anorexia Nervosa?
Als je meerdere onderstaande symptomen bij jezelf of bij iemand anders herkent, dan kan het zijn dat er sprake is van anorexia:

  • Een zeer laag lichaamsgewicht hebben en jezelf toch te dik vinden.
  • Veel gewichtsverlies in korte tijd (ook bij een gezond gewicht of te hoog gewicht!).
  • Zolang je niet eet voel je je sterk.
  • Je verbergt voor anderen dat je niet eet.
  • Nadat je gegeten hebt, braak je het eten uit en zorgt dat anderen dit niet merken.
  • Je sport overmatig om af te vallen.
  • Je gebruikt laxeermiddelen om voedsel snel weer kwijt te raken.
  • Je staat meerdere keren per dag op de weegschaal.
  • Je schaamt je voor anderen als je iets eet.
  • Je raakt in paniek als je ook maar iets aankomt.
  • Je lichaam vermagert sterk.
  • De hele dag door ben je bezig met afvallen en ontkent dat.
  • Je kookt uren voor anderen maar eet zelf niet of nauwelijks.

Wat zijn de gevolgen van Anorexia Nervosa?
Anorexia nervosa is een ernstige ziekte met heftige emotionele, sociale en lichamelijke gevolgen. Of je hier last van hebt en in welke mate, hangt af van hoe lang en hoe ernstig je ziek bent.

Emotioneel
Emoties vervlakken of worden juist heel hevig.

  • Moeite met concentreren
  • Depressies en angsten.
  • Dagelijkse routine en humeur worden bepaald door gedachten over eten, gewicht en uiterlijk.
  • Gevoel van eigenwaarde wordt aangetast. Gedachten over je lichaam wijken steeds meer af van de realiteit.

Sociaal

  • Conflicten met familie en vrienden die zorgen maken over je gezondheid.
  • Je raakt geïsoleerd doordat je het lastig vindt met anderen samen te zijn/eten.
  • Weinig belangstelling voor zoals hobby’s, opleiding, werk, vrienden, etc.
  • Problemen op school of op je werk omdat je vaak ziek bent.
  • Je hebt minder zin in seks.

Lichamelijk

  • Hormoonafwijkingen, waardoor je menstruatie uitblijft en je onvruchtbaar bent.
  • Maag- en darmklachten, zoals verstoppingen, een opgeblazen gevoel en diarree.
  • Ondertemperatuur: last van koude/blauwe handen en voeten.
  • Slaapproblemen, zoals moeilijk inslapen of heel vroeg wakker worden.
  • Het glazuur van je tanden raakt aangetast door het braken. Net als je keel en slokdarm.
  • Een slappe, droge en schilferige huid. Soms donsachtige beharing op gezicht, armen, borst en rug.
  • Problemen met hart- en bloedvaten en daardoor last van beven, wazig zien, duizeligheid, hartkloppingen en hartritmestoornissen en zelfs een hartstilstand.
  • Botafbraak, oedeem en spierzwakte kunnen gaan optreden.
  • Steeds minder kunnen eten door een krimpende maag.
  • Een verstoord honger- en verzadigingsgevoel.

Veel van deze lichamelijke gevolgen herstellen zich weer wanneer je weer normaal gaat eten en daardoor een normaal gewicht krijgt, en als je stopt met braken en laxeren. Behalve de aantasting van het glazuur en botontkalking; die zijn van blijvende aard. In de meeste gevallen komt de menstruatie ook na verloop van tijd terug. Soms kan het zijn dat je na langdurig en extreem gebruik van laxeermiddelen klachten houdt aan darmen en maag.

2. Boulimia Nervosa

Boulimia betekent letterlijk ‘honger als een rund’. Het woord ‘nervosa’ geeft aan dat die honger door iets geestelijks ontstaat. De oorzaak is dus niet lichamelijk, maar de gevolgen ervan wel. Als je boulimia hebt, dan heb je meestal een normaal gewicht. Aankomen vind je verschrikkelijk, terwijl je toch regelmatig flinke eetbuien hebt. Boulimia, voluit ‘boulimia nervosa’ is een eetstoornis waarbij je constant bezig bent met je gewicht en je lichaam. Mensen met deze eetstoornis denken aan bijna niets anders. De stoornis gaat vaak gepaard met hevige eetbuien. Omdat je niet aan wilt komen, probeer je het voedsel kwijt te raken door bijvoorbeeld hevig te sporten. Maar ook op ongezondere manieren, zoals vasten, braken, het gebruik van laxeermiddelen, een klysma of plaspillen. Vaak wisselen Anorexia Nervosa en Boulimia Nervosa elkaar af.

Welke symptomen horen bij Boulimia Nervosa?

  • Je hebt last van overwegend grote en/of kleine eetbuien, waarbij je achter elkaar zoet en calorierijk voedsel inneemt;
  • Je hebt het gevoel dat het onmogelijk is om de eetbui te stoppen of voorkomen. De drang is heel groot;
  • Tijdens een eetbui voel je je gespannen, eenzaam en gedeprimeerd, maar soms ook tijdelijk rustig, getroost of minder eenzaam;
  • Je beleeft de aanvallen als een ‘mislukking’. Dit geeft je gevoelens van schuld en schaamte;
  • Daarom houd je de eetstoornis verborgen. Je eet stiekem.

Wat zijn de gevolgen van Boulimia Nervosa?

  • irritatie van de slokdarm en klieren (opgezwollen gezicht) door veelvuldig braken;
  • slecht gebit doordat maagzuur het glazuur aantast;
  • tekort aan ijzer (bloedarmoede), zout (uitdroging), mineralen (kalium), vitamines, eiwitten, komt zowel bij anorexia als bij boulimia voor;
  • kaliumtekort kan zelfs levensgevaarlijk zijn, omdat hartritmestoornissen en in het ergste geval een hartstilstand het gevolg kunnen zijn;
  • uitdroging door spugen;
  • luiheid of stilstand van de darmen;
  • hevige buikpijn en obstipatie;
  • wegvallen van de menstruatie bij vrouwen en de impotentie bij mannen.

Veel van deze lichamelijke gevolgen herstellen zich weer wanneer je weer normaal gaat eten en daardoor een normaal gewicht krijgt, en als je stopt met braken en laxeren. Behalve de aantasting van het glazuur en botontkalking; die zijn van blijvende aard. In de meeste gevallen komt de menstruatie ook na verloop van tijd terug. Soms kan het zijn dat je na langdurig en extreem gebruik van laxeermiddelen klachten houdt aan darmen en maag.

3. BED: Binge Eating Disorder of eetbuistoornis

‘Binge Eating Disorder’ (BED) wordt ook wel eetbuistoornis genoemd. Het is een eetstoornis waarbij je last hebt van regelmatig terugkerende periodes van eetbuien. Je eet dan sneller dan normaal, grote hoeveelheden (vaak ongezond voedsel), zonder dat je echt honger hebt. Bovendien geef je veel geld uit aan eten en eet vaak stiekem en staat vaak op weegschaal. Bij Binge Eating Disorder overheerst eten je hele leven. Je hebt tijdens een eetbui het gevoel dat je de controle helemaal kwijt bent. Binge Eating Disorder lijkt op boulimia, alleen dan zonder het overgeven of de laxeermiddelen.

Wat is het verschil tussen een eetbuistoornis (BED) en obesitas?
BED kun je letterlijk vertalen als eetbuistoornis en verschilt aanzienlijk van obesitas, omdat mensen met obesitas de hele dag door kunnen eten. Obesitas is een lichamelijke toestand van ernstig tot zeer ernstig overgewicht. Aan obesitas kan een eetstoornis ten grondslag liggen. Net als anorexia nervosa en boulimia nervosa en ARFID is BED opgenomen in de DSM-V (psychiatrisch handboek) als officiële eetstoornis.

Hoe herken je Binge Eating Disorder?

Lichamelijk:

  • Verstoord honger- en verzadigingsgevoel
  • Overgewicht
  • Chronische vermoeidheid en lusteloosheid
  • Hoge bloeddruk
  • Darmkrampen en buikpijn
  • Pijnlijke gewrichten
  • Gebitsproblemen

Geestelijk:

  • Obsessie voor eten, gewicht en uiterlijk.
  • Schaamte over eetbuien, stiekem eten.
  • Gevoel van zwakte, walging omdat het gewicht toeneemt.
  • Straatvrees vanwege uiterlijk.
  • Angst dat anderen naar je kijken.
  • Piekeren over lichaam en eten beheerst leven.
  • Last hebben van eenzaamheid, depressiviteit en schuldgevoelens

Hoe ontstaat Binge Eating Disorder?
De eetbuistoornis heeft net als anorexia en boulimia geen specifieke oorzaak. Het gaat vaak om een samenloop van omstandigheden waarin verschillende factoren een rol spelen: erfelijke aanleg in persoonlijkheid, opvoeding, negatieve ervaringen, cultuur en media.  Wel is het vaak zo dat een bepaalde gebeurtenis de emmer doet overlopen en maakt dat een eetstoornis zich openbaart of ontwikkelt.

Welke factoren spelen een rol bij het krijgen van Binge Eating Disorder?

  • erfelijke aanleg
  • traumatische gebeurtenis(sen)
  • faalangst, perfectionisme
  • angst om de controle over zichzelf te verliezen
  • een niet met de realiteit overeenkomend beeld van zichzelf

Wat voor gevolgen heeft Binge Eating Disorder op langere termijn voor de gezondheid?
Doordat met regelmaat grote hoeveelheden (vaak ongezonde) voedingsmiddelen gegeten worden is er vaak sprake van overgewicht. Dit kan leiden tot welvaartsziekten zoals hoge bloeddruk, hart- en vaatziekten, diabetes type 2. Daarnaast zijn er risico’s voor een maagklachten, opgeblazen gevoel, hoog cholesterolgehalte, verslechteren van het gebit en gewrichtsklachten. Ook ligt een sociaal isolement op de loer bij straatvrees.

Maak eetstoornissen in de sport bespreekbaar

4. ARFID – Avoident Restrictive Food Intake Disorder

De afkorting ARFID staat voor Avoident/Restrictive Food Intake Disorder en wordt omschreven als “een eetstoornis waarbij een niet rationele angst bestaat voor voedsel met een bepaalde kleur, textuur of smaak en om deze reden vermeden wordt” . Met name bij extreem moeilijke eters zou onderzocht kunnen worden of de diagnose ARFID gesteld kan worden. ARFID is meer dan kieskeurig eten. Veel kinderen hebben wel vaker een periode dat ze bepaalde dingen niet willen eten maar dat is meestal van voorbijgaande aard. Men spreekt van ARFID als het gedrag leidt tot gewichtsverlies, groeistoornissen en ernstig tekort aan voedingsstoffen. De stoornis komt het meest voor bij kinderen maar ook jongeren en volwassenen kunnen lijden aan ARFID.

Welke symptomen horen bij ARFID?

  • Het weigeren van voedsel met een bepaalde kleur, structuur of smaak
  • Gebrek aan eetlust, geen interesse voor eten
  • Moeilijkheden met het verteren van bepaald voedsel
  • Alleen kleine porties eten
  • Angst om te eten, vaak door een nare ervaring uit het verleden zoals verslikken of braken
  • Gewichtsverlies
  • Groeiachterstand bij kinderen
  • Onvolwaardig voedingspatroon waardoor een duidelijk tekort aan bepaalde voedingsstoffen ontstaat
  • Duidelijk verband met het psychosociaal functioneren

De symptomen waarmee het kind of de jongere (of de omgeving, bijv. ouders) zich presenteert kunnen divers zijn. Vaak zijn de symptomen voeding gerelateerd, zoals een beperkt voedingspatroon, geen trek, vermijding van voedsel, buikpijn of angst voor braken. Het kan echter ook voorkomen dat andere klachten op de voorgrond staan, bijvoorbeeld duizeligheid of flauwvallen, waarbij later blijkt dat er sprake is van een vermijdend/restrictief eetpatroon.

Oorzaken van ARFID:

  • Traumatische ervaringen
    Soms ligt een traumatische ervaring ten grondslag zoals verslikken of spugen.
  • Genetische factoren
    Genetische factoren kunnen een rol spelen bij de ontwikkeling van ARFID. Zo kan een aangeboren hypergevoeligheid in de mond een oorzaak zijn. Iemand die bijvoorbeeld zure smaken als veel te sterk ervaart, zal voedsel vermijden waarin zelfs maar een minimum aan zure smaak aanwezig is.
  • Organische factoren
    Organische factoren kunnen aan de basis liggen o.a. voedselintoleranties, glutenovergevoeligheid, gastro-oesofageale reflux (het terugvloeien van maagzuur in de slokdarm).
  • Pervasieve ontwikkelingsstoornissen
    Ook pervasieve ontwikkelingsstoornissen zoals autisme kunnen aanleiding geven tot ARFID. Bij autisme komt selectief eten vaak voor.
  • Emotionele en relationele problemen
    Emotionele en relationele problemen behoren eveneens tot de mogelijke oorzaken van ARFID: spanningen binnen het gezin, of leerstoornissen zoals dyslexie. Kinderen en jongeren met emotionele en/of relationele problemen geven via het obsessief selecteren van voedsel, uiting aan hun ongemak en slecht voelen.

Wat zijn de gevolgen van ARFID?

Kinderen met ARFID zijn zeer moeilijke eters, ze willen geen nieuwe dingen proberen en eten heel langzaam uit angst. In tegenstelling tot anorexia, bekommeren jongeren die lijden aan ARFID zich niet om hun lichaamsgewicht. Ze hebben geen angst om dik te worden en hebben ook geen laag zelfbeeld. Het resultaat is echter wel hetzelfde, namelijk significant gewichtsverlies.

Bij volwassenen leidt de stoornis niet echt tot gewichtsverlies en gezondheidsproblemen maar het legt een zware druk op het sociale leven. Ze vermijden sociale gelegenheden uit angst om bepaalde voedingsmiddelen te moeten eten.

In de sportwereld wordt ook gesproken over eetstoornissen zoals:

1. Orthorexia Nervosa

Orthorexia is een niet officieel erkende eetstoornis waarbij iemand ziekelijk gefixeerd is op gezond eten. Mensen met orthorexia willen uitsluitend het aller gezondste eten, de hoeveelheid eten speelt niet zozeer een rol. Aan de kwaliteit van het eten wordt de kwaliteit van het leven afgemeten.

Hoe herken je orthorexia?
Vaak vermijden orthorexia-patiënten allerlei voedingsmiddelen omdat ze denken dat die niet gezond zijn. Naarmate de aandoening langer voortduurt worden steeds meer voedingsmiddelen weggelaten, zoals vlees, vis, graan, zuivel en vetten, terwijl steeds meer wordt gegeten van producten die ze gezond vinden, zoals (rauwe) groente en fruit.

Wat zijn voorkomende kenmerken van orthorexia?

  • obsessie voor gezond eten
  • eenzijdig voedingspatroon
  • veel rauwe groente eten
  • gewichtsverlies, ondergewicht en ondervoeding
  • het wegblijven van de menstruatie
  • last hebben van eenzaamheid, depressiviteit en schuldgevoelens

Hoe ontstaat orthorexia?
De oorzaken van orthorexia zijn vooral psychisch, net als bij andere eetstoornissen, maar erfelijke aanleg en omgevingsfactoren spelen ook een rol.

Welke factoren spelen een rol bij het krijgen van orthorexia? 

  • erfelijke aanleg
  • traumatische gebeurtenis(sen)
  • faalangst, perfectionisme
  • angst om de controle over zichzelf te verliezen
  • een niet met de realiteit overeenkomend beeld van zichzelf

Wat voor gevolgen heeft orthorexia op langere termijn voor de gezondheid?
Door het vermijden van voedingsmiddelen eten mensen met orthorexia vaak te eenzijdig en krijgen ze niet alle voedingsstoffen binnen die ze nodig hebben. Zodra producten of productgroepen langdurig vermeden worden is de kans op tekorten groot.
Het eenzijdige voedingspatroon leidt tot ondergewicht en ondervoeding door een tekort aan essentiële voedingsstoffen zoals eiwitten, essentiële vetzuren, vitamines en mineralen.

2. Anorexia Athlete:

Kenmerken zijn:
– obsessief sporten, ook bij blessures. Er ontstaat stress en schuldgevoel bij niet kunnen sporten;
– beperkte voedselinname vergelijkbaar met Anorexia Nervosa.

3. Spierdysmorfie

Kenmerken zijn:
– obsessie met spierontwikkeling en laag vetpercentage;
– dwangmatige noodzaak om aan trainings- of voedingsschema te houden;
– zorgen over uiterlijk.

Wat kunnen kenmerkende eigenschappen zijn van een sporter met een eetstoornis?

Naast erfelijke aanleg zijn er specifieke eigenschappen van een sporter die ervoor kunnen zorgen dat hij/zij een eetstoornis ontwikkelt. Voorbeelden zijn: perfectionistisch, competitief, impulsief, pleaser, gevoelig, introvert, controle willen houden, faalangst. Het kan zijn dat de sport de eetstoornis getriggerd heeft doordat iemand in een bepaalde gewichtsklasse moet uitkomen voor roeien of judo bijvoorbeeld. Het kan ook zijn dat er eisen aan uiterlijk gesteld worden zoals bij dansers of turners. In de atletiek kan een overtuiging zijn dat een lager gewicht ervoor zorgt dat je harder kunt rennen. En bij teamsporten kan het onderlinge vergelijken binnen een team ervoor zorgen dat een sporter zich ontevreden voelt over het eigen lichaam.

Opvallende overtuigingen van sporters die kunnen duiden op een eetstoornis:

Alhoewel er steeds meer sporters zijn die met hun eetstoornis in de openbaarheid komen, zijn er toch heel veel sporters die zich voor hun eetstoornis schamen en deze zoveel mogelijk proberen te verbergen of niet altijd de waarheid spreken. Bepaalde uitspraken van sporters kunnen je alert maken om je eens extra te verdiepen in de sporter. Kenmerkende uitspraken kunnen zijn:

  • Ik moet dun zijn om succes te hebben.
  • Als ik verlies komt dat doordat ik dik ben
  • Ik moet kunnen sporten, want dat is gezond.
  • Supplementen moet ik hebben om goed te kunnen presteren etc. etc.

Wat kun je zelf doen om de sporter met eetstoornis te helpen? Enkele tips:

  • Wees oprecht geïnteresseerd; luister naar hetgeen hij/zij te vertellen heeft en vermijd het aandragen van een simpele oplossing als “eet gewoon, dan komt alles goed”.
  • Laat zien dat je geïnteresseerd bent in de persoon en focus niet teveel op eten;
  • Benoem specifiek waarover je je zorgen maakt. Benoem dalende prestaties of zaken die je opvielen in het gedrag van de sporter.
  • Probeer te achterhalen wat het sportdoel is van de sporter. Is het voor ontspanning of zit er een “moeten” achter?
  • Het kan zijn dat je erachter komt dat er bepaalde overtuigingen zitten achter sport- en eetgedrag. Probeer dan open vragen te stellen zoals “Wat denk je dat er gebeurt als je zo doorgaat?” etc.
  • Maak de eetstoornis bespreekbaar, het is levensbedreigend en gaat niet vanzelf over. Zorg ervoor dat de sporter met een eetstoornis professionele hulp gaat zoeken.

Tenslotte:

Belangrijk is om een sporter met een eetstoornis door te verwijzen naar een professional met veel ervaring op gebied van sport en eetstoornissen. Het effectiefst is het om de eetstoornis in een multidisciplinair team te behandelen bestaande uit: sportarts, sportdiëtist, psycholoog. Afhankelijk van de ernst van de eetstoornis kan het in de Eerstelijn maar soms is opname in een gespecialiseerde instelling noodzakelijk. De diëtist van Voedingsadviesbureau Food and Wellness is een sportdiëtist met veel affiniteit met en ervaring in het begeleiden van kinderen en  volwassenen met eetstoornissen. Er wordt multidisciplinair samengewerkt met (kinder)artsen, collega-diëtisten (intervisie), (kinder)psychologen en yoga-docenten om de doelstellingen rondom zelfbeeld, lichaamsbeeld, zelfvertrouwen, eetgedrag, lichaamsgewicht te bereiken. Het belangrijkste doel is het vertrouwen te winnen, zich veilig te laten voelen en samen de angst voor controleverlies te overwinnen zodat hij/zij als mens weer in zijn/haar kracht komt te staan en weer volop van sport, leven en het eten kan genieten.

Bronnen:

  • Presentatie Jessica Gal – scholing “Eetstoornissen bij sporters”
  • Signalenkaart Eetstoornissen Sport-Bureau Puur

Meer informatie:

Maak eetstoornissen in de sport bespreekbaar